Een stukje bewoningsgeschiedenis

monumentaal-onderkomen-01lDe boerderij die nu Jacobushoeve wordt genoemd, bestond oorspronkelijk uit een hoofdgebouw met woning en stal, een vrijstaande achterbouw met bakoven, paardenstal en bedrijfsruimte, een schuur voor graanopslag en een schob voor opslag van karren en landbouwgereedschap.

Het vermoedelijk oudste gebouw van de boerderij, de schuur, werd in 2008 door brand verwoest. Deze schuur had gebintstijlen, waarin het bouwjaar 1763 was gesneden. De schuur had een bijzondere constructie. Er konden vanaf de korte zijde karren met graan worden ingereden. Dit zeldzame type schuur, wordt ook wel aangeduid door de term ‘Vlaamse schuur’.

monumentaal-onderkomen-02Het hoofdgebouw, de boerderij, is ook al meer dan twee eeuwen oud. Wanneer deze werd gebouwd, weten we niet. Wel weten we dat de boerderij in 1810 bewoond werd door Peeter van der Heijden en Maria Loijkens met hun drie kinderen Adriana, Josephus en Allegonda. Dochter Allegonda trouwde in 1822 met Jacobus Tasset, zoon van Hendrik Tasset die nogal wat bezittingen had geërfd in Vessem. Allegonda en Jacobus kregen vijf kinderen en konden zich nogal wat huispersoneel veroorloven. Jacobus bouwde het gebouw achter de boerderij waar tot voor kort de wereldwinkel was gevestigd. Hij gebruikte die ruimte onder meer als brouwerij, waardoor hij zich behalve boer ook brouwer liet noemen. De brouwerij was geen lang leven beschoren want in 1850 was Jacobus weer boer met als nevenfunctie assessor (wethouder). Zoon Hendrik Jozef nam de boerderij over en werd tevens tot burgemeester en secretaris van de gemeente Vessem c.a. benoemd. Zijn twee zonen Jacobus en Eduardus volgden een universitaire opleiding en gingen respectievelijk als advocaat en arts aan de slag elders in het land. Jacobus was als jurist nog betrokken bij de oprichting van de centrale Boerenleenbank.

In 1893 ging het bedrijf in andere handen over.

monumentaal-onderkomen-03Het was Martien Michielse, getrouwd met Anna Peeters, die het voortzette. Toen Martien overleed, kwam de boerderij in bezit van zijn schoonzoon, Jacques Olislagers. Die had in Vessem een timmerwinkel en liet het boeren over aan zijn zwager Grard. Het echtpaar Olislagers had negen kinderen, onder wie dochter Marie en zoon Martien. Zij zullen, nadat ze in 1952 bij testament de boerderij in bezit gekregen hebben, het bedrijf voortzetten.

In 1990 besloot Martien er een punt achter te zetten en de boerderij aan de Broeders van Dongen te verkopen. De man die dat met stevige hulp van zijn congregatie voor elkaar kreeg, was broeder Fons van der Laan. Hij stichtte in 1991 de Jacobushoeve.